Overslaan en naar de inhoud gaan

Voor de chauffeur: manoeuvreerschades voorkomen

Hoe voorkomt u als vrachtwagenchauffeur schade tijdens het manoeuvreren? Alles valt of staat natuurlijk met de vraag of u als chauffeur voldoende bewust bent van het risico tijdens het manoeuvreren. Om schade te voorkomen hebben wij een aantal aandachtspunten waarmee u het risico op manoeuvreerschade beperkt.

manoeuvreren | tvm verzekeringen

Waarmee rekening houden tijdens het manoeuvreren 



Vanuit TVM organiseren we geregeld trainingen voor chauffeurs. Tijdens deze training bespreken we de risico's op manoeuvreerschades en geven we voorbeelden uit de praktijk om chauffeurs te helpen om deze schades te beperken. Hier een greep uit onze aanbevelingen die we meenemen tijdens de chauffeurstrainingen.



- Beperk het manoeuvreren zoveel mogelijk

Rij liever een blokje om door te keren.  (Het 'kost' vaak niet meer dan een paar honderd meter en nauwelijks extra tijd).

- Manoeuvreer stapvoets

Doe de radio uit en het raam een stukje open zodat u omgevingsgeluiden goed kunt horen, hang niet uit de cabine maar gebruik de spiegels en camera’s en stap altijd uit bij twijfel.

- Alarmverlichting aan

Schakel de alarmverlichting (of indien aanwezig flitsers of zwaailampen) in voor betere zichtbaarheid, maar houdt er rekening mee dat medeweggebruikers kunnen denken dat u alleen gaat stilstaan. Let hier echter wel op de geldende regels in het buitenland, in sommige landen is het voeren van deze “attentieverlichting” tijdens het manoeuvreren niet toegestaan.

- Zorg voor de juiste ritvoorbereiding

Zorg voor een juiste ritvoorbereiding (t.a.v. bereikbaarheid, aanrijroute) maak hiervoor ook gebruik van collega’s die wel ter plaatse bekend zijn, of gebruik Google maps/streetview voor een eerste indruk van de situatie. Ken (of meet) de hoogte van uw voertuig (incl. ladinghoogte) en zorg voor goed werkende, juist afgestelde (achteruitrij)verlichting die vrij is van scheuren en barsten (door. verhoogde kans op storingen of strooilicht)

- Met welk voertuig / oplegger ga ik nu de weg op?

  • Controleer altijd de uitzwaai van een voor u “onbekende” bakwagen/trailer langs een geschilderde of denkbeeldige ‘streep’. Haaks om, en bij 45 graden uitzwaai nameten, dit is de ruimte die u dus minimaal nodig hebt bij scherpe bochten!
  • Houdt er rekening mee dat getrokken materieel met of zonder meesturende as(sen) een andere bochtentechniek vereist en soms zelfs op het oog identiek materiaal een compleet andere uitzwaai kan hebben!

- Rijdt u met een oplegger?

Denk dan ook aan de uitzwaai van de kopschot. Niet alleen bij vaste objecten en geparkeerde voertuigen maar wees ook extra alert op tegenliggers bij krappe bochten naar rechts, zij verwachten meestal geen kopschot over hun weghelft!

- Neem ruimte bij het keren

Voorkom zoveel mogelijk het helemaal “omtrekken” van de combinatie op de weg of terrein, dit geeft bij het getrokken materiaal met  starre assen namelijk zeer hoge slijtage aan o.a. de banden en veroorzaakt deze handelswijze bij gestuurde assen voor een extreme uitzwaai. Advies: neem altijd voldoende ruimte bij het keren, of maak gebruik van b.v. een rotonde.

- Zorg voor voldoende zicht

Goede zithouding, ramen en spiegels schoon en vrij van zich belemmerende zaken (zoals dashboardtafels, vlaggetjes, kentekenplaten gordijnen etc.) en uiteraard goed afgestelde spiegels en camera’s.

- Gebruik camera's als aanvulling

Gebruik (achteruitrij)camera’s waarvoor ze bedoeld zijn, d.w.z. als aanvulling en niet als vervanging, ook camera’s hebben een dode hoek!

- Voorkom onnodige grote uitzwaai en schades

  • Probeer het “hoeken” en “hoog ophalen” in bochten zoveel mogelijk te voorkomen, dit voorkomt een onnodig grote uitzwaai.
  • Rij indien mogelijk aan van de juiste richting (zodat u niet van de hand af hoeft te manoeuvreren of krappe/overhaakse bochten hoeft te nemen).

- Scan de omgeving op obstakels

Bij aankomst goed kijken naar eventuele hoogte- breedte obstakels (dakgoten, betonelementen, geparkeerde voertuigen etc.).

- Verken uw omgeving

  • Parkeer het voertuig eerst vóór een ‘nieuw’ losadres en verken de situatie voordat u er in rijdt. Rij ook niet zomaar vooruit een losadres in als u niet zeker weet of u er wel kunt keren (b.v. bouwterreinen of plaatsten met veel buitenopslag).
  • Bekijk eerst van te voren of er voldoende ruimte is om te manoeuvreren vóórdat u ergens in rijdt. Dit voorkomt schade en onnodig tijdverlies.
  • Moet u toch vlakbij (of strak naast) een obstakel parkeren dat vanuit de cabine moeilijk te zien is (lantaarnpaal, varkensruggen of hoge stoeprand) plaats dan vóórdat u uitstapt een geheugensteuntje (een map of een broodtrommel) op uw stuur of stoel. Daarmee voorkomt u bij vertrek dat u het obstakel inmiddels bent vergeten.  

-  Ga in gesprek over de afleverplek

Komt u regelmatig bij hetzelfde adres en worden daar steeds her en der materialen neergezet waardoor het elke keer weer een uitdagende slalom wordt? Ga dan eens met de afnemer het gesprek aan over het vrijhouden van voldoende manoeuvreerruimte, opgeruimd staat niet alleen netjes, het is nog een stuk veiliger en efficiënter ook!

- Pas op voor routine

Ook routine kan gevaarlijk zijn, blijf dus altijd alert op gewijzigde omstandigheden. (extra paaltjes of andere obstakels geplaatst of verplaatst, of b.v. nieuw wegdek waardoor die lage brug “ineens” nóg lager is geworden…).

- Veranderingen in de omgeving

Denk aan het risico van automatische hekwerken en deuren, vooral ’s winters gaan veel deuren “zo maar” automatisch dicht en ook een hekwerk kan “zo maar” sluiten terwijl u er even tussen staat te wachten totdat b.v. de weg vrij is. Check dus altijd de spiegels voordat u optrekt.

- Oneffenheden in wegdek

  • Let ook goed op het wegdek (wegdek/bestrating geschikt voor gewicht voertuig?, zijn er gaten in de weg, scherpe rijplaten, varkensruggen, dwanggeleiding, hoge stoepranden etc.).
  • Is het oprijden van een stoep of verhoging echt noodzakelijk? Laat dan (al) de banden eerst heel voorzichtig tegen de rand aanrollen alvorens erop te rijden, dit verkleint het risico op een latere klapband door b.v. een karkasbreuk. 
  • Let goed op bij hoog gras of b.v. sneeuwhopen, hier kunnen “verborgen” obstakels in zitten met risico op schade aan bumpers, zijbeplating, brandstoftank of andere laag geplaatste onderdelen.

- Bewaar de rust

  • Altijd uitstappen bij de minste twijfel, of uiteraard liefst alvast preventief even gaan kijken voordat u gaat manoeuvreren. U hebt de regie, blijf rustig en laat u vooral door niemand opjagen.
  • Merkt u tijdens het manoeuvreren dat het niet helemaal gaat zoals u in gedachten had? STOP rij een stukje vooruit en onderneem een nieuwe poging, vermijdt grote corrigerende stuurbewegingen zoveel mogelijk.

- Geef uzelf de ruimte

Niet “zo maar” ergens achteruit naar binnen rijden, maar altijd “tot” de overkapping/deur of het dock, dan hoogtecheck (b.v. bij openen deuren) resterende afstand inschatten en daarna pas voorzichtig achteruit. In principe contact met dock vermijden en zeker niet strak ertegenaan zetten vanwege beweging voertuig bij laden en lossen.

- Ga niet gehaast te werk

Rij nooit met open deuren, bovenklep of laadklep, open deze pas op het moment van laden/lossen/aandocken.

-  Vraag om hulp!

Indien u gebruik maakt van “hulp” vertel degene dan ook waar deze moet gaan staan en waar deze op dient te letten, maak desnoods een (handsfree) telefoonverbinding om u te laten gidsen. Breng daarbij ook de hoogte van uw voertuig onder de aandacht van de gids.

- Hellingshoek

Achteruit een put inrijden? (b.v. naar laad-/losdock) denk dan ook aan de hellingshoek! Een te grote “knik” kan forse schade aan het chassis, technische installatie of cabine van de trekker opleveren maar b.v. ook aan de koelmachine of steunpoten van de trailer.

- Veerponten

Ook bij het vooruit oprijden van veerponten kan door verschillende waterstanden de hellingshoek dezelfde problemen opleveren als bij het achteruit inrijden van een put, rij dus langzaam en stap zo nodig uit ter controle.

- U bent eindverantwoordelijk

  • Verken de omgeving en de mogelijke risico’s al bij het aanrijden. Is er te weinig ruimte om veilig achteruit te rijden doe dat dan ook niet en laad/los op een alternatieve wijze. (Parkeer bijvoorbeeld vlakbij op een veilige(re) plek en gebruik de pomp/steekwagen om de resterende afstand te overbruggen).
  • Let op, als chauffeur blijft u altijd eindverantwoordelijk, bij twijfel dus altijd stoppen en eerst goed checken alvorens weer verder te gaan.

- Check voor vertrek

Na sluiten laadklep/deuren, loop via de bijrijderskant naar voren en om de cabine heen. Kijk goed uit in de rijrichting of er achteropkomend verkeer is en stap in. Voordeel: obstakels aan de bijrijderszijden en rechtsvoor heeft u gezien, u loopt minder risico om van achteren aangereden te worden en omdat u voor de instap de achterzijde van het voertuig kan zien, ziet u eventuele net geparkeerde auto’s niet over het hoofd.

- Bij terugkomst op de zaak

Bespreek risicovolle adressen of uitzonderlijke situaties met uw planner zodat deze in overleg met opdrachtgever en/of ontvanger kan gaan teneinde de situatie te verbeteren en eventueel extra instructies kan toevoegen aan een volgende rit naar deze adressen.